Joie de vivre in coronatijd

Een paar dagen geleden besloot ik met manlief mee te gaan naar Amsterdam; hij moest er zijn voor zijn werk, ik wilde de stad wel eens zien in coronatijd, vóórdat straks alles weer losgaat. Oftewel, Amsterdam zonder hordes toeristen die als mieren door het centrum krioelen en massaal de grachten, parken en pleinen bevolken. Amsterdam zonder lange rijen voor de rondvaartboten, het Achterhuis van Anne Frank, de Nachtwacht, de koffieshops, de Wallen en al die andere hotspots die (te) vele miljoenen als een magneet naar de stad lokken. 

Vondelpark in coronatijd

Nee, op deze zonnige lentedag half mei 2021, is Amsterdam een waar lustoord, aangenaam rustig en heerlijk stil. Je hoort het ruisen van de bomen, het tsjilpen van de vogels, de klokken van de Westertoren, het gejoel van spelende kinderen en mensen die babbelen in plat Amsterdams in plaats van de kakofonie van vreemde talen en ratelende trolleys afkomstig uit verre landen. En overal zijn vrije bankjes en terrassen. In één woord: uniek! Of, zoals een niet alleen om zijn uitspraken beroemde Amsterdammer ooit zei: “Elk nadeel heb z’n voordeel”. 

Bekend en onbekend Amsterdam geniet met volle teugen van hun stad: skatende jongelui op de pleinen, verliefde stelletjes in het park, fanatieke sporters met hun personal trainer in het plantsoen, studenten die met elkaar chillen op het terras en zomaar in het wild ook Gordon die zijn hond uitlaat op het Museumplein, actrice Juna de Leeuw (Hansje in de serie Oogappels) die voorbij fietst op de Stadionweg, Tijl Beckand nabij het Vondelpark waar hij met zijn crew en deelnemende BN’ers opnamen maakt voor ‘Het Perfecte Plaatje’ en nog een boel andere bekende-maar-ik-weet-niet-waarvan-gezichten. 

Mensen maken bovendien contact. Ze kijken je aan, glimlachen en vragen zich zichtbaar af of je één van hen bent, medebewoner van die prachtige stad die ze nu even helemaal voor zichzelf hebben. Sommigen groeten je zelfs of maken gemoedelijk een praatje, het lijkt wel een groot dorp! Weldadige ontspanning en joie de vivre in Amsterdam, warempel. Ik voel me haast een voyeur, bijna alsof ik hier niet hoor te zijn als stiekeme toerist. Amsterdam is nu van de Amsterdammers, in elk geval voor nog even. 

Wanneer ik in de middag ergens op een bankje zit te genieten van de zon en van een fijn boek, vlijt een minnekozend koppeltje eenden zich naast mij neer. Ze hebben zich teruggetrokken uit de duivendrukte bij de kiosk even verderop, waar de uitbaatster broodkruimels strooit terwijl ze vol overgave een Jordanese smartlap zingt. Glimlachend sla ik het tableau vivant gade, tot ik even later word aangesproken op het tafereel van de lezende ik met het verliefde eenden-echtpaar aan mijn voeten; en de vraag of dat gefilmd mag worden. 

Museumplein in coronatijd

Ongemerkt bleek een cameraploeg terplekke opnames aan het maken voor de docu-film ‘Atlas van een bezette stad’ naar het gelijknamige boek van Bianca Stigter (juist ja, partner van Steve McQueen, de filmmaker). Over welke bezetting de film zal gaan, die door het Duitse leger of die door het internationale toeristenleger, durf ik niet te vragen. 

Afijn, waar ik normaal gesproken niet zo nodig in beeld hoef, sterker nog, onmiddellijk in een kramp schiet van een camera (of er gaat een oog trillen of mijn mond vertrekt in een streep; daarom sta ik er zelf altijd achter), blijf ik nu verbazingwekkend kalm. De ontspannen sfeer van de stad stroomt blijkbaar als een rustgevend elixer door mijn lijf en ik laat het gewoon gebeuren. Sereen lees ik verder en kijk zo ongekunsteld mogelijk af en toe op naar de tortelende eenden en wat er om me heen nog meer gebeurt, alsof er niet een complete camera- en geluidsploeg op mijn vingers staat te kijken. 

Maar schijn bedriegt, want zo naturel voel ik me absoluut niet. Mijn ogen razen over de regels en ik neem geen letter op van wat ik lees. Het enige waar ik aan kan denken is ‘niet aan je neus zitten’, ‘negeer die kriebel in je hals’, ‘wrijf die haarlok uit je ogen’, ‘moet ik al een pagina omslaan of is dat te snel?’ en ‘best lastig, dat figureren’. Maar als de opnames gedaan zijn, valt me een complimenteuze duim van de regisseur ten deel en een enthousiaste dankjewel.

Waar ontspanning en joie de vivre al niet toe leiden! Maar misschien moet ik dit verhaal eigenlijk helemaal niet vertellen, straks komt iedereen juist daarvoor graag naar Amsterdam… en wordt de stad opnieuw bezet door het internationale toeristenleger!